In het wedstrijdklimmen zijn er drie onderdelen: lead, boulder en speed. Vooralsnog worden er in het paraklimmen alleen leadwedstrijden georganiseerd. Lead bij paraklimmen kent uit veiligheidsoverwegingen een toprope-format. Op een rechte wand wordt daarbij met één touw geklommen. In de overhang wordt er met een tweetouwensysteem geklommen, zodat klimmers geen enorme pendel maken als zij vallen. Hierbij komt één van de touwen van de top en het andere touw heeft vaak een ankerpunt in de onderste helft van de route. Dit tweetouwensysteem is voor iedere klimmer op deze wand verplicht.
[BEELD] Foto waarop dit zekersysteem duidelijk te zien is
Het officiële, internationale wedstrijdformat kent twee kwalificatieroutes. Atleten kunnen elkaar tijdens de kwalificaties zien klimmen en krijgen voorafgaand aan de wedstrijd filmpjes doorgestuurd van de wedstrijdroute waarin de route wordt geklommen. Hierbij geldt een vaste startvolgorde die wisselt per route. De beste klimmers (degenen die het hoogst zijn gekomen) uit de kwalificaties gaan door naar de finale. Hoeveel klimmers dit zijn, is afhankelijk van het aantal deelnemers in die sport class en kan variëren van drie tot zes klimmers.
De finales vinden plaats volgens een onsight format. Eerst krijgen alle klimmers zes minuten de tijd om de route ‘in te lezen’ (te bestuderen). De klimmers mogen overleggen met elkaar, maar niet met coaches of andere buitenstaanders. Daarna gaan de klimmers in isolatie, zodat ze elkaar niet zien klimmen. De klimmer die het verst komt in de route, wint de wedstrijd. Bij een gelijke score wordt gekeken naar de tijd. Bij een gelijke score en gelijke tijd worden de resultaten uit de kwalificaties erbij gepakt.
Aan elke sport class moet minimaal een x-aantal klimmers deelnemen, uit minimaal een x-aantal landen. Op worldcups moeten er minimaal vier klimmers uit drie verschillende landen deelnemen per sport class. Op wereldkampioenschappen moeten dit zes klimmers uit vier verschillende landen deelnemen. Als er te weinig klimmers deelnemen, worden er categorieën ‘gemerged’ (samengevoegd). Dit gaat volgens een vast schema, zoals opgesteld door de IFSC.
Het routeniveau bij wedstrijden verschilt per sport class. Routebouwers houden tijdens het bouwen van de routes rekening met wat klimmers in de verschillende categorieën wel en niet kunnen. In Nederland zijn verschillende routebouwers gespecialiseerd in het bouwen van paraklimroutes. Ook bouwen Nederlandse routebouwers regelmatig mee op internationale wedstrijden.
Wedstrijden in Nederland
De NKBV organiseert ieder jaar een paraclimbing open: een laagdrempelige wedstrijd waar paraklimmers elkaar kunnen ontmoeten en waar wedstrijdervaring opgedaan kan worden. Wanneer deze wedstrijd plaatsvindt, verschilt elk jaar. Om deel te kunnen nemen, moeten klimmers een nationale classificatie hebben. Klimmers die na classificatie non-elegible blijken, kunnen deelnemen in de open categorie. Het format van de paraclimbing open wijkt iets af van het internationale format. Zo is er geen finale en klimmen de klimmers allemaal drie routes.
Ook aan seriewedstrijden kan worden meegedaan, al zijn daar tot nu toe meestal geen aparte para-categorieën. Wil je meedoen aan de Series, maar twijfel je? Maak je interesse dan vooral kenbaar bij de organisatie: hoe meer geïnteresseerden zich melden, des te meer ruimte er zal ontstaan voor een aparte para-categorie!
Internationale wedstrijden
Internationaal worden er open wedstrijden, masters en officiële IFSC-wedstrijden georganiseerd.
De open wedstrijden en masters vinden soms plaats via het officiële IFSC-format, maar kunnen ook een eigen format kennen. Open wedstrijden zijn vaak ‘nationals’: de NK’s van een land. Meestal hebben de open wedstrijden mogelijkheid tot nationale classificatie en kunnen paraklimmers zonder geldige classificatie meedoen in een open categorie.
De IFSC organiseert ieder jaar diverse worldcups. Om de twee jaar is er een EK en een WK. Paraklimmen is in LA28 voor het eerst een Paralympische sport.